top of page

​

Taakbeschrijvingen waarvoor eigen verantwoordelijkheid wordt genomen:

​

1. Er voor zorgen dat iedereen goed te eten en te drinken heeft. Op tijd aangeven van een blessure. Cirkelposities bezetten (12)

​

2. Binnen het veld; press wegzetten, ruimte maken voor andere, scoren en aanvoerder zijn. Buiten het veld; probeer ik mensen te helpen waardoor ze het maximale uit zichzelf kunnen halen. (5)

​

3. Oorlog maken in de cirkel. De eerste press aanlopen/uitvoeren op de achterste linie van de tegenstander. (Mee)helpen bij blessures. De kar met spullen op en van het trainingsveld halen. Interesse tonen in teamgenoten. (16)

​

4. Verbindende factor binnen het team. Volle overtuiging in uitvoering van de dingen die ik op het veld doe. Blessures op tijd aangeven zo nodig. Coachen linie voor mij (alleen kleine dingen, hoofdzaken komen vanuit de daarvoor aanwezen teamgenoten) & niet te vergeten: de kar naar zijn slaaphok brengen (4)

​

5. Het regelen van de strafcorner verdedigend, coaching bal/help kant, ballen tegenhouden, buiten het veld rustige factor die met iedereen makkelijk contact heeft (1)

​

6. + 12 In het veld: Focus op mezelf waardoor dit voor mij rust creëert en ik beter kan presteren. Daarnaast coaching van degene naast mij en voor me.

Buiten het veld: Zorgen dat iedereen zich op zijn gemak voelt en altijd mezelf blijven. Ik ben een enthousiast iemand die graag verbindt. (8)

​

7. Mijn taak binnen het veld is om het middenveld/verdediging op de goede positie neer te zetten en the coachen wanneer nodig. Verdedigen is mijn eerste taak, maar ik ga ook graag mee naar voren op avontuur! Daarnaast heb ik een taak binnen de verdedigende corner en zorg ik dat de EHBO altijd aanwezig. Buiten het veld zorg ik dat de teamweekenden om nooit te vergeten zijn en vind ik het leuk om met iedereen een praatje te maken. (2)

​

8. Coachen van middenveld en/of spitsen, 100% inzet tijdens trainingen en wedstrijden, zorgen voor de wedstrijd tas, hockeyen volgens mijn taak (controlerende rol, as dicht, soms ook mee aanvallen, verbinding middenveld & spitsen). Mijn hockeyplezier uitstralen naar anderen, volwassen hockey. (18)

​

9. Binnen het veld: Aansturen, motiveren, aanzwengelen teamgenoten. Veel energie leveren en aanvallend vermogen. Buiten het veld: Leiding nemen om er het maximale uit te halen (9)

​

10. Mijn taak binnen het veld is coaching: in de verdediging de leiding nemen en zorgen dat het team verdedigend goed staat (voornamelijk coaching van de verdediging en het middenveld). Belangrijk bij deze taak is het coachen van zowel de balkant als de helpkant. Opbouwend is het mijn taak om te zorgen dat de tent goed gesloten is, door speelsters terug te roepen als het nodig is. Naast het veld ben ik een rustige factor; ik ben verantwoordelijk voor de bidonnen en probeer met iedereen een praatje te maken. (20)

​

11. Binnen het veld voer ik de taken uit van middenveld: vrijlopen, beweging, kijken, opties geven, verbinden met achterhoede en voorhoede. Ook in de spits ben ik af en toe te vinden. Buiten het veld probeer ik mijn jonge energie en enthousiasme over te brengen op andere. Uiteraard ben ik ook deels verantwoordelijk voor het vullen van de bidonnen;) (21)

​

13. Mijn taak in het veld is het coachen en sturen van de middenvelders en zelf in mijn zone goed verdedigen. Buiten het veld ben ik de pothouder en probeer ik de verbinding te maken tussen jong en oud in het team. (15)

​

14. Zorgen voor aanvallend combinatiehockey, met mijn techniek corners halen of overtal creëren, de press goed neerzetten en de wedstrijdtas op zondag en warming-up natuurlijk?! (7)

​

15. De press aanlopen, energie geven en andere daar in mee nemen. Een speeloptie zijn voor de andere spitsen, en buiten het veld er op de achtergrond zijn voor andere als het nodig is (17)

​

16. Op het veld: Motiveren om echt als team te hockeyen, dus veel overpasen en aanmoedigen om samen aan te vallen, dan zijn we het sterkste. Voor mezelf moet ik met vertrouwen hockeyen. Naast het veld: Voor meiden klaarstaan en hulp/steun bieden als dat nodig is. (11)

​

17. Zorgen dat de organisatie goed staat: In niet-balbezit beslissen wat voor press we gaan spelen. Bij een aanval zorgen dat we altijd 5 man achter de bal houden. Complimenteren als het goed gaat. Blijven praten, ook als het bij mezelf hockeyend niet loopt. (3)

​

18. Ik kan anderen coachen en oppeppen vanuit het middenveld, wanneer ik zelf goed op het veld sta. Ik houd het team jong met de dingen waar wij over praten of wat wij doen. (18)

bottom of page